Een ‘beademingsmodus’ is een vooraf bepaald interactiepatroon tussen het beademingsapparaat en de patiënt. Alhier een overzicht van alle beademingsmodi.
Content
- De 10 stelregels van mechanische beademing (Chatburn)
- 1. Een ademhaling is een cyclus van positieve flow (inspiratie) en negatieve flow (expiratie) gedefinieerd in termen van de flow-tijdcurve
- 2. Een ademhaling wordt ondersteund als de ventilator een deel of al het ademhalingswerk verricht
- 3. Een ventilator ondersteunt de ademhaling met behulp van ‘pressure control’ of ‘volume control’ op basis van de ‘equation of motion’ voor het ademhalingssysteem:
- 4. Ademhalingsteugen worden geclassificeerd volgens de criteria die de inspiratie triggeren (starten) en cyclen (stoppen).
- 5. Trigger- en cycle events kunnen door de patiënt worden geïnitieerd of door de machine worden geïnitieerd.
- 6. Ademhalingsteugen worden geclassificeerd als spontaan of gecontroleerd op basis van zowel de trigger als de cycle event
- 7. Er zijn 3 basisademhalingsteugen:
- 8. Er zijn 5 basis beademingspatronen: VC-CMV, VC-IMV, PC-CMV, PC-IMV en PC-CSV.
- 9. Er zijn 7 basis ‘targerting schemes’ die de grote verscheidenheid in verschillende ventilatiemodi omvatten:
- 10. Een beademingsmodus wordt geclassificeerd op basis van zijn controle variabele, ademhalingsvolgorde en ‘targeting scheme’.
- Hoe een modus classificeren?
- Externe links
- Referenties